Even janken en dan weer door…

We spreken af bij Valerie (55 jaar) thuis. Aarzelend maar gastvrij laat zij mij binnen. Ze had mij later verwacht. Op tafel liggen papieren en mijn bezoek maakt dat ze eerst begint op te ruimen. Als we beginnen verontschuldigt zij zich voor de rommel in de kamer. Ze vertelt dat ze twee thuiswonende kinderen heeft en een man. Als gezin hebben ze veel meegemaakt. Door het veranderen van de regels rondom belastingen en een tekort aan werk liep het bedrijf niet meer. Ze raakten steeds verder in de schulden en kwamen onder bewindsvoering en in de schuldsanering terecht. Ze vertelt: ‘De bank legde beslag op ons huis. Zo kwam het dat we als gezin dakloos werden. We konden nergens terecht. Alleen bij het Leger de Heils kregen we te horen dat ik en de kinderen opvang kregen, maar mijn man niet. Nou dat wilde ik niet. Want we moesten het samen oplossen. Het was echt heel moeilijk om aan een huis te komen. Uiteindelijk hebben we bij een familielid in kunnen trekken tot we een huis kregen. We hadden het geluk dat dat kon.’
‘We hadden iedere week 80 euro te besteden. Daarvan legde ik een aantal euro’s opzij zodat mijn kinderen af en toe naar een kinderfeestje konden gaan en een cadeautje konden geven. Maar alles was duur. We deden alles op de fiets. Mijn kind was twaalf en reed nog op een kinderfiets drie kwartier naar school. En als er geen eten was dan merkte buitenstaanders dit niet. We vonden dat we het zelf moesten oplossen en vroegen niets, aan niemand. Voor mijn kinderen was dit best zwaar. Af en toe jankten we met ons allen, en dan weer door. We moesten doorgaan en hebben als gezin acht jaar gevochten.’

‘De buitenwereld wist er niks van. Ik wou geen medelijden, … je bent er door omstandigheden ingekomen dan moet je er ook zelf weer uitkomen. Er waren dan ook maar een paar mensen die dit wisten. Het belangrijkste was het gezin, dat wilde ik beschermen. Met de kinderen verzon ik elke keer weer iets. Ik was blij met de Action, daar kon ik tekenspulletjes kopen en ik bewaarde dingen om te knutselen. We gingen vaak op de fiets naar het strandje. We speelden met de bal, gingen een toertje maken naar de speeltuintjes of spaarden voor een uitje naar Lelystad.’

‘Wat ik nodig had gehad was steun, zoals anderen dat wel kregen. Mijn man had een eenmanszaak en dan val je overal buiten. Daarnaast had ik een bewindvoerder die mij nergens op wees. Ook niet op de vergoedingen voor mijn kinderen. Ik moest alles eerst zelf uitzoeken.’

Onzekerheid bestaat nog steeds

‘Ik ben nog steeds heel wantrouwig. Want iedereen keek mee met wat je deed. Als ik iets kreeg dan vroegen ze hoe ik eraan kwam. Ik werd overal op gecontroleerd. Ik durfde ook niemand binnen te laten en vind dat nog steeds moeilijk. En ik durfde ook niet te werken want dan moest ik vertellen dat ik in de schuldsanering zat. Zoals je ziet staan hier spullen uit het eerste huis. Ik heb niets nieuws gekocht. Maar ik had alles op orde. Ik schreef in een boekje wat ik kon uitgeven en hoeveel ik had betaald en gespaard en dat doe ik nog steeds. En ik werkte goed mee en stuurde alles direct terug en kreeg daar ook complimenten voor.’
‘Gelukkig ben ik eruit, na 8,5 jaar, maar het voelt nog steeds vreemd en angstig. Ik ben onzeker of ik wel alles kan betalen en elke zondag doe ik de boekhouding. Maar het gevoel moet heel langzaam slijten. Ik kan bijvoorbeeld niet meer tegen druk en ben ook nog onzeker of ik het allemaal aankan. Ik werk een aantal uur per week en ga ook weer meer werken. Ik wil graag het voorbeeld zijn voor mijn kinderen, want met werken bereik je meer dan met niets doen. Mijn man werkt weer fulltime en heeft eindelijk een baan. Met mijn kinderen gaat het goed. Wat mij er doorheen hielp, is mijn gezin. En wat ik anderen zou willen meegeven is om altijd zelf de regie in handen te houden en goed te communiceren. En als je dat niet kan; ‘Vraag dan hulp aan iemand die je vertrouwt’.’

 

Fotograaf: Michiel Fischer

Interview: Jeanet van de Korput

Valerie